Het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde berichtte vorige week dat screening op Downsyndroom in ons land ‘niet erg populair’ is. Uit een onderzoek in het noorden van het land blijkt dat ruim tweederde van de Nederlandse zwangeren afziet van screening op Downsyndroom door middel van de combinatietest. ‘Het vaakst genoemde argument: Downsyndroom is geen reden voor zwangerschapsafbreking’, zo schrijft het blad. Een argument dat de SDS al jaren verkondigt: vrijwel altijd is met Downsyndroom goed te leven.
Uit het onderzoek bleek verder dat jongere vrouwen ook vaak afzien van de screening omdat zij voor zichzelf de kans op een kind met Downsyndroom laag inschatten. Vrouwen boven de 36 jaar maken meer gebruik van de test dan jongere (bijna 60 procent tegen ruim 28 procent). Ook kiezen veel meer vrouwen ‘uit de stad’ voor screening dan degenen die op het platteland wonen.